U bent hier
Over progressieven en polarisatie
Wij leven vandaag in een wereld vol uitdagingen.
Het lijkt erop dat het ergste van de covid-19 crisis voorbij is en dat we voorzichtig kunnen terugkeren naar een meer normale manier van leven. Een zekerheid is dat echter niet en mocht er een nieuwe golf van besmettingen ontstaan is de uitdaging voor beleidsmakers gigantisch.
Komt die tweede golf er niet, en dat hopen we met z’n allen, dan blijft er toch een enorme karwei om de economie opnieuw volop in gang te trekken en nieuwe jobs te creëren, zodat we onze tewerkstelling minstens op het niveau krijgen van voor de crisis en liefst nog enkele percenten hoger.
Er zijn echter nog andere uitdagingen.
Progressieven versus conservatieven
Sedert de Franse revolutie is het politieke landschap opgesplitst tussen links en rechts. Links noemt zichzelf graag progressief en rechts wordt dan conservatief alhoewel rechts vaak graag aanpassingen wil maken aan bestaande structuren en gewoonten, wat een vorm van progressie is en links vaak vasthoudt aan verworven rechten en wil doorgaan in een richting die duidelijk heeft aangetoond tot de verkeerde resultaten te leiden, en dus een vorm is van conservatisme.
Tot voor twintig jaar was het steeds mogelijk om tussen de twee visies compromissen te vinden en het land bestuurbaar te houden. Vandaag is dat veel moeilijker, zoniet onmogelijk geworden.
Tegenstellingen worden op de spits gedreven en de financiële put waar dit land boven bengelt maken een gedeelde visie onmogelijk. De typisch Belgische situatie laat dan weerom niet toe om hetzij een puur rechtse of een puur linkse coalitie te vormen.
Zelfs in een tweepartijenland zoals de USA schept dit onoverkomelijke problemen. We hebben een lamme democratische president acht jaar lang zien nietsdoen omdat hij geen steun had in het republikeins congres en senaat. Vandaag zien we een republikeinse president in voortdurende strijd met een democratisch congres.
De oorsprong van dit probleem zit in een steeds toenemende polarisatie.
Polarisatie ondersteund door de media
Je hoort het vaak, de media, of tenminste een fors deel ervan, is links progressief net zoals vele kunstenaars en cultuurwerkers. Op zich is dat geen probleem. Iedere mens heeft recht op zijn persoonlijke politieke voorkeur. Het wordt echter wel een probleem wanneer mediamensen hun persoonlijke voorkeur willen overbrengen op hun lezers, kijkers en luisteraars. De noodzakelijke objectiviteit is dan zoek en de media wordt een publiciteitsmachine voor een bepaalde strekking.
Dat er steeds meer kranten en TV-zenders gaan deel uitmaken van multimediagroepen maakt het probleem alleen maar groter. De boodschap wordt daardoor steeds meer onderworpen aan de strekking van de krachtigste aandeelhouder.
Dit werkt polarisatie in de hand en op die manier worden ook links en rechts steeds verder van elkaar verwijderd.
Deze week hadden we twee sterke voorbeelden.
Black Lives Matter
Iedereen heeft de beelden gezien van de drie blanke politieagenten die minutenlang een zwarte man op de grond drukten, die riep :”I can’t breathe”. De volgende beelden toonden de ambulance die de bewusteloze man wegvoerde, en de nieuwslezer besloot dat ‘het racistische politiegeweld opnieuw een dodelijk slachtoffer had gemaakt’.
Binnen de 24 uur barstte het protest los, niet alleen in Minneapolis, maar over de ganse wereld, soms in de vorm van vreedzame betogingen, soms in de vorm van grof geweld met plunderingen en brandstichtingen.
Wie de moeite doet om het ganse verhaal te achterhalen en daarbij het koren van het kaf te scheiden krijgt wel een meer objectief beeld dan datgene wat door het TV nieuws op de buis werd gebracht.
George Floyd, die blijkbaar dronken in een shop een pakje sigaretten betaalde met een nep dollarbiljet en het pakje niet wou teruggeven stapte de shop uit en ging in de auto van enkele vrienden zitten. De verkoper belde de politie die prompt Floyd aanhield en hem de handboeien omdeed. Tot zover geen probleem. Vervolgens bood Floyd, die van beroep een buitenwipper was, heftig weerstand toen men hem in de politiewagen wou stoppen. Zelfs met de tussenkomst van een derde agent lukte dat niet waarna hij op de grond gekneld werd door de drie agenten. Een uur na aankomst in het ziekenhuis werd Floyd dood verklaard en de autopsie toonde als oorzaak een hartfalen.
Betekent dit nu dat de drie agenten geen fouten hebben gemaakt? Uiteraard niet en zoals steeds past hier een neutraal onderzoek. Indien er fouten zijn gemaakt, dienen die bestraft te worden. Mensenlevens tellen, en niet alleen zwarte levens.
Maar, door slechts een beperkt fragment op TV te tonen wekt men de indruk dat het hier puur ging om zwaar racisme van drie blanke agenten tegenover een zwarte man.
De media is hier zwaar medeplichtig aan het creëren van een niet-objectieve mening.
Terzake en Hendrik Bogaert
Hendrik beging vrijdag een doodzonde door te beweren dat het cordon sanitaire de pot op moest. Binnen enkele minuten tweetten zowel zijn partijvoorzitter als de ex-voorzitter dat daar geen sprake van kon zijn.
Dezelfde avond nog mocht Hendrik het komen uitleggen in Terzake. Kathleen Cools, die haar gezag zoniet rechtstreeks van god, dan toch minstens van de paus krijgt, had haar inquisitie uniform aangetrokken, en zou Hendrik, indien nodig met tortuur, zijn ketterse doodzonden doen toegeven.
Het argument dat ze daarbij gebruikte was een tweet van Dries Van Langenhove. Die man is in mijn ogen echt geen aanwinst voor de Kamer, maar zo zitten er daar wel meer. Tom Van Grieken is zo slim om Dries te gebruiken als aantrekkingspool voor jonge kiezers, en geloof mij, de man zal bij de volgende verkiezingen zijn electoraal gewicht bij de jeugd waar maken.
De betreffende tweet was typisch Vlaams Belang, sloganesk en provocerend. Foto’s van enkele gekende gekleurde Vlamingen en de tekst “Indien Vlaanderen dan toch zo racistisch is, waarom komen ze dan allemaal naar hier”. Als verstandig persoon maak je jezelf daar niet boos over, herken je het provocerende maar ook het kleine stukje waarheid: waarom blijft er inderdaad een voortdurende stroom bestaan van illegale migranten, die via asiel in Vlaanderen willen een nieuw thuis zoeken, indien wij een land van pure racisten zouden zijn.
Maar niet onze Cools. Hoe haal je het in je hoofd, Hendrik, om te willen praten met een dergelijke ranzige partij, die zulke tweets durft rond te sturen?
Het argument van Hendrik Bogaert, dat het cordon tot hiertoe enkel het Vlaams Belang slapend rijk heeft gemaakt, en dat een deelname aan het beleid of minstens coalitiegesprekken de partij zou verplichten om weg te stappen van slogans en haalbare beleidsopties op tafel te leggen, werd gewoon van tafel geveegd.
Een partij, zoals de PS, die 50 miljard wil uitdelen als Sinterklaas heeft een relanceplan en moet in de regering. Een partij die een wat dwaze tweet plaatst is ranzig en moet in het verdomhoekje blijven.
Objectieve journalistiek?
Dat de media voor links graag een oogje dichtknijpt blijkt ook uit haar houding tegenover Antifa.
Antifa
Onze media heeft, naar mijn gevoel, niet veel aandacht voor Antifa. Een organisatie die tegen fascisme is, lijkt op het eerste zicht niet verkeerd, maar kijk toch eens iets verder.
Antifa is volgens haar eigen stellingen een links revolutionaire beweging die haar doelstellingen wil bereiken via directe actie en niet via democratische politiek. Zij is gericht tegen autoriteiten en kapitalisme, en is voor anarchisme, communisme en Marxisme.
Wanneer u Antifa aan het werk ziet, dan doen zij onmiddellijk denken aan de acties van de SA (Sturmabteilung) van de NSDAP (Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei).
Met andere woorden, deze mensen die beweren tegen fascisme te zijn, zijn eigenlijk een extreem linkse fascistische beweging.
Deze organisatie, waar onze media niet veel aandacht voor heeft, is een veel groter gevaar voor de samenleving dan een partij zoals Vlaams Belang, die haar doelstellingen nastreeft via democratische weg en die, zoals Hendrik Bogaert terecht stelt, in een beleidscoalitie hoe dan ook haar scherpste kanten zou moeten wegvijlen.
Onze wereld zit vol uitdagingen en we moeten hopen dat onze media veel meer een verbindende rol gaan spelen dan een polariserende zoals ze nu doen. Politieke partijen beklemtonen hun politieke visies, het is aan de media om gemeenschappelijke draagvlakken te zoeken en niet de tegenstellingen op te voeren wegens ‘goed voor de kijkcijfers en de oplage’.
Dit artikel is een persoonlijke opinie van de schrijver en is geen officieel N-VA partijstandpunt.